woensdag 12 januari 2011
De prehistorie: Gieterij en Werkhuizen Vansteenkiste
Voor de eigenlijke start gaan we dus terug naar het jaar 1928. West-Vlaanderen is altijd een streek geweest die gekend is voor vlasverwerking. Wanneer we de geschiedenis van de vlasindustrie bestuderen zien we de naam van Vansteenkiste veelvuldig verschijnen, ongetwijfeld de meest ronkende naam in de voorgeschiedenis van Picanol. Constant Vansteenkiste (1869-1948) uit Wevelgem was een geniale uitvinder die aan de basis lag van de industrialisatie van de vlasbewerking in Vlaanderen. Zijn broer Jozef (1879-1943) was de technicus die de ideeën van broer Constant in bruikbare tuigen omzette. Na de eerste Wereldoorlog verbleef Constant Vansteenkiste geruime tijd in het buitenland. Hij keerde echter naar België terug want broer Jozef en medewerkers hadden in Ieper een grote eigendom gekocht: de gieterij NV Alfred Valcke en een deel van de NV Doom & Mahieu Constructiewerkhuizen voor gasmotoren en metaalbewerkingsmachines. Deze fabriek bevond zich langs de ‘Diksmuidseweg’, de huidige Polenlaan in Ieper. Alfred Valcke was voordien eigenaar van een smederij, de ‘Fonderie de l’Yser – Fonderie et ateliers de construction’. Vermoedelijk was er voor Valcke ook al een industrieel complex gevestigd. Het terrein van de ‘Fonderie de l’Yser’ was wel aanmerkelijk kleiner van oppervlakte dan de latere Picanolsite. In de keuze voor de site van Valcke zat een zeker logica. Het bedrijf bezat immers een metaalgieterij, kortom een infrastructuur.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
In het archief vonden we een bouwplan op naam van Valcke voor de bouw van het complex aan de Polenlaan. Deze plannen zijn opgemaakt in 1920-1921 door de architecten Le Marchand en Ribaucourt. Zij bouwden ook de rijwoningen in de Masscheleinlaan en de villa naast de fabriek.
BeantwoordenVerwijderen