vrijdag 8 april 2011

Oprichting van de afdeling wisselstukken

In 1947 is er nog geen sprake een aparte afdeling voor wisselstukken. Wanneer een bepaald stuk nodig blijkt te zijn, zorgt het studiebureau voor de productie en de levering. Na verloop van tijd is er echter nood aan een meer georganiseerde dienst wisselstukken om de opvolging en de modernisering van de machines beter te kunnen coördineren. Hiervoor wordt een beroep gedaan op Robert Bastil die sinds enkele jaren werkzaam is in het studiebureau. In samenwerking met Gilbert Minnekeer wordt een nieuwe afdeling gestart. Als volleerd ontwerper blijkt Robert de geschikte man te zijn om de problemen bij de klanten ter plaatse te bestuderen en technische transformaties aan te brengen. In deze periode heeft Picañol slechts één model ‘Omnium’ in productie, terwijl de concurrentie een breed gamma van smalle en lichte machines op de markt brengt. Toch zijn er weinig constructeurs die brede en robuuste getouwen kunnen aanbieden. Zoals haar naam het zegt kan de Omnium veel soorten garens aan. Het gamma varieert van licht verbandgaas, gordijnen en voile over werkkledij tot oersterke broekstof in corduroy. Dit blijkt een belangrijke factor te zijn in het succes van het bedrijf. Het stelt Picañol niet alleen in staat om op een rationele manier een eenvoudiger getouw te maken, maar biedt de klant tevens het grote voordeel dat weinig wisselstukken in voorraad moeten gehouden worden. Door het productieapparaat nauwgezet te volgen, kan het bedrijf een precieze afwerking van de onderdelen verzekeren. Dit draagt er toe bij dat de Omnium bij de klanten een reputatie van hoge betrouwbaarheid heeft opgebouwd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten