Bij de oprichting van de vennootschap Vansteenkiste in 1928 komt de familie Steverlynck in de Raad van Bestuur, voorgezeten door Baldewijn Steverlynck (1893-1976). De familie Steverlynck zal als geen ander haar stempel drukken op de industriële ontwikkeling van deze van oorsprong landbouwstreek. De familie heeft op dat moment al een rijke textielgeschiedenis. Grootvader Jean-Baptiste was in 1877 met zijn zonen Aloïs en Adolf in Vichte gestart met een fabriekje om kettingen te scheren. Op zoek naar nieuwe mogelijkheden zien ze al snel een toekomst voor het weven. Zo betekent de oprichting van De Stoomweverij Gebroeders Steverlynck in Kortrijk ook de invoering van het mechanisch weven. Baldewijn Steverlynck is als textielingenieur reeds lange tijd vertrouwd met de vlaswereld In 1920 koopt hij samen met zijn broer Karel een ververij en bouwt die om in de ‘NV Groeninge Ververij’ die gespecialiseerd is in het aanwenden van de modernste kleurstoffen die leiden tot kleurechte vlasgarens. Omdat het belangrijk is om de kwaliteiten van het vlas goed te kennen heeft hij grote belangstelling voor de vele wetenschappelijke experimenten die Constant Vansteenkiste heeft uitgevoerd. Baldewijn Steverlynck en Constant Vansteenkiste starten gesprekken om samen te werken. Door het sluiten van deze overeenkomst maakt de familie Steverlynck voor het eerst haar intrede in het Ieperse bedrijfsleven. Ze zal tot op de dag van vandaag een rol spelen in het bedrijf. Baldewijn Steverlynck is daarnaast ook nog zeer actief op diverse economische vlakken. In 1924 sticht hij samen met Lieven Gevaert het Vlaams Economisch Verbond op en wordt in 1934 de eerste opvolger. In 1928 wordt hij medestichter van het Verbond van Katholieke Werkgevers voor West- en Oost-Vlaanderen onder leiding van Leon Bekaert. In 1934 is hij medestichter en later beheerder van de ‘Kredietbank’.
Foto: Karel, Juul en Baldewijn Steverlynck
Geen opmerkingen:
Een reactie posten